blog

De heterotopie van Foucault

In mijn vorige blog Herbestemmen op een heilige afgrond, sprak ik over het concept van de heterotopie als kansrijk handvat voor het herbestemmen van kerken zonder het heilig potentieel te verliezen. In deze blog licht ik nader toe wat een hetertopie is, een concept van de Franse filosoof Michel Foucault. Ik kwam het concept op het spoor tijdens mijn afstudeeronderzoek naar het heilig potentieel van de Dominicanenkerk in Zwolle.

Volgens Foucault is de omgang met de tijdelijkheid van ons bestaan, de bron van het zoeken naar zingeving, vandaag de dag verdwenen uit ons bestaan. Door onze moderne vooruitgangsutopieën is er simpelweg geen tijd voor. De samenleving richt er amper tot geen tijd of plek meer voor in. Zo wordt de zondag langzaamaan als alle andere dagen en mediteren we met een beetje geluk nog via een app op de wc. Foucaults’ constatering op dit fenomeen is dat elke cultuur plekken heeft die anders-zijn en die hun betekenis aan dat anders-zijn ontlenen. Het zijn een soort van anti- of tegenplaatsen in verhouding tot haar context. Het concept van de heterotopie hangt samen met het begrip utopie. Echter er is een fundamenteel verschil. Een utopie is een gedroomd, ideaal land, beeld, werkelijkheid zonder dat het (ooit) zal bestaan. Een heterotopie is een bestaande plek waar de dynamiek van de weerbarstige en gebroken realiteit samen komt met de hoop en verbeelding van dat het anders zou kunnen zijn. Daar wordt die hoop en verbeelding ook daadwerkelijk tastbaar en daarmee helend of heilig.

Foucault duidt vijf kenmerken of kwaliteiten waarmee we plekken kunnen lezen als heterotopie of in mijn woorden heilige grond:

  • Een heterotopie is verbonden met een concrete context. De vorm en functie is afhankelijk van de gebruiker, een samenleving. Dat betekent dat deze plekken zich ontwikkelen. Zo is bijvoorbeeld het kerkhof van midden in de stad, naar de randen van de stad verplaatst. Van centrale plaats van samenkomst, verandert in een plek van ziekte in tijden van de pest en nu zie we dat het steeds weer meer een plek wordt van samenkomst door herdenkingsrituelen die er plaats vinden.
  • Een heterotopie is een plaats van contradicties, paradoxen en ambiguïteiten. Op deze plekken komen dimensies samen die zich eigenlijk niet met elkaar verdragen. Zoals verdriet en hoop. Stilstand en beweging. Zoals het verdriet om de aanslagen in Brussel van 2016 samenkwam met hoop en troost van de vele aangestoken kaarsjes in Amsterdamse kerken die hun deuren juist toen openden.
  • Een heterotopie is verbonden met breuken of onderbrekingen in tijd. Juist door die breuk begint de heterotopie te functioneren. Bijvoorbeeld een kerkhof begint voor iemand als andere plaats te leven bij de ervaring van de dood. De tijd lijkt onbegrensd in bibliotheken en musea waar steeds boeken en kunst bijkomen en je in het verleden en de toekomst kan duiken.
  • Een heterotopie veronderstelt een systeem van openen en sluiten. Het zijn plekken waar bepaalde riten of een bepaalde toestemming nodig is om de plek te betreden. Zowel opgeschreven als ongeschreven regels. Denk bijvoorbeeld aan de ongeschreven regels in een treincoupé of bibliotheek, maar ook het automatisch zachter praten of lopen in een kerk.
  • Een heterotopie staat in een relatie met de omringende ruimte. Deze relatie is een gegeven waar weinig invloed op uit te oefenen is, maar wel één die van belang is om de potentie van je kerkgebouw als heterotopie in te schatten. Foucault maakt onderscheid tussen de heterotopie "d'illusion", die het illusoire karakter van de werkelijkheid uitvergroot, denk aan een gevangenis of kamp Westerbork, waardoor het nog moeilijk te geloven is dat daarbuiten nog goede mensen zijn. En aan de andere kant de heterotopie van "compensation", die een nieuwe ruimte creëert zonder de fouten van de maatschappij. Denk aan een stille kapel in een drukke winkelstraat. De heterotopie bestaat uit het weerspiegelen, uitvergroten of omkeren, en bekritiseren van andere ruimtes.

Wanneer je deze kenmerken bekijkt is het ook begrijpelijk dat een geloofsgemeenschap moeite heeft een kerkgebouw los te laten. Het is vaak de plek waar ze zich op levensbepalende momenten naar toegewend hebben. Om de dankbaarheid om de geboorte van een kind te uiten, om een overleden dierbare los te laten, om feestdagen te vieren. Een plek met een eigen taal en gewoontes die ieder zich aangewend heeft. Een gebouw waar de dagelijkse beslommeringen van werk en privé op zondag even vergeten konden worden. Het gebouw waarin ze thuiskwamen na een vakantie en als baken van geborgenheid fungeerde op weg naar werk, school of anderszins.

Deze kwaliteiten uitwerken naar een een nieuwe functie voor een kerkgebouw is een uitdagende klus, maar wel één die het kerkgebouw verdient.